Whatsapp Image 2024 07 07 At 20.09.41 (4)

Zus en broer Dinja en Joeri van Liere naar de Spelen in Parijs “We zijn allebei bloedfanatiek”

12 juli 2024
Roos Oosterbaan

Zus en broer Dinja (33) en Joeri (38) van Liere gaan beiden naar de Spelen in Parijs. Zij als dressuuramazone naar de Olympische Spelen, hij als rolstoelbasketballer naar de Paralympische Spelen. Dinja: “We zijn opgevoed met de drive om te winnen, omdat dat gewoon heel erg leuk is."

Joeri noemt het ‘superuniek’ dat zowel hij als zijn zusje naar de Spelen gaan: “Ik kon niet achterhalen of dit al een keer eerder is voorgekomen. Hopelijk zetten we in Parijs allebei een mooie prestatie neer.”

Motorcross

Joeri en Dinja hebben dezelfde opvoeding genoten, maar hun weg naar de Spelen is totaal anders. Dinja is vanaf het moment dat ze als zesjarige een tienrittenkaart voor de manege kreeg met paarden in de weer. Joeri hield zich als kind, net als hun broer Twan, vooral bezig met motorcross, later met de indoorvariant supercross. Het hele gezin draaide om die sport en ze reisden stad en land af voor wedstrijden. Ook Dinja, tot die rittenkaart. Daarna was het vooral haar opa die haar bij wedstrijden bijstond.

Joeriendinja
'Plezier in de sport stond vroeger al voorop'

 Ze zijn heel trots op elkaar, vertellen ze. Joeri op de vasthoudendheid van zijn zusje, die haar passie voor paarden nooit heeft losgelaten. Dinja op het doorzettingsvermogen van Joeri. Tien jaar geleden brak hij zijn rug bij een val tijdens een supercrosstraining en liep een dwarslaesie op. Hij vond na een revalidatietraject een nieuwe sport: rolstoelbasketbal en klom op tot het Nederlands team.

“Dat ongeluk is een levensles voor me geweest,” vertelt Dinja. “Het heeft me geleerd om dingen meer in perspectief te zien, ik ben in een keer een stuk volwassener geworden. Hoe Joeri na zijn ongeluk het leven weer oppakte, was heel inspirerend voor me.”

Het ongeluk van Joeri is een levensles voor me geweest.

Dinja van Liere

Rivaliteit

Beiden wisten pas een paar weken voor de Spelen dat ze zich definitief gekwalificeerd hadden. Maar de kaartjes voor elkaars wedstrijd waren al binnen. Ze houden elkaars prestaties in de gaten, al vindt Dinja het niet erg om vooral naar de uitslagen te kijken. “Ik vind zo’n rolstoelbalwedstrijd best lang duren,” zegt ze lachend. “Mijn proef is na vijf minuten klaar. De wedstrijden van Joeri zijn veel langer.”

Broederlijke rivaliteit kennen ze wel, zegt Dinja, maar meer voor de grap. “Het scheelt dat onze sporten zo van elkaar verschillen. Hij doet een teamsport, ik een individuele. Het is niet met elkaar te vergelijken. Joeri: “Maar toen wij goud hadden gewonnen op het EK en Dinja derde werd op de Gran Prix vorig jaar, heb ik dat er voor de grap wel ingewreven. Maar stel dat we allebei tennis deden, dan was dat een heel ander verhaal...”

Dinja
DInja met haar paard Hermès

‘De tweede is de eerste verliezer’

Een andere weg, een andere sport, maar hoe ze de sport beleven is vergelijkbaar. Dinja: “We zijn allebei bloedfanatiek.” Joeri: “Bij ons moet altijd het beste van het beste. Altijd de puntjes op de i. Dat is soms ook vermoeiend, want het kost veel tijd en energie. Maar zoals je ook bij Dinja ziet, het uit zich wel in resultaten.”

Dinja vertelt dat ze die instelling eigenlijk altijd al hadden: “Mijn opa, die heel zoetsappig was, vond het altijd al goed genoeg als ik alleen al meedeed. Ik kon dan bijna boos op hem worden, want winnen was toch het belangrijkst."

"Mijn vader was anders, hij zei altijd: de tweede is de eerste verliezer. Die instelling heeft ons de drive gegeven om er vol voor te gaan. Maar ik heb nooit het gevoel gehad dat we moesten presteren. Plezier stond altijd voorop.”

Dat paardensport en motorcross geen goedkope sporten zijn, droeg bij aan de boodschap dat ze hun sport wel serieus moesten nemen, vertelt Joeri. “Onze ouders hoefden ons nooit achter de broek te zitten. We wilden dit zelf ook heel graag.”

Joeridinja2
Dinja en Joeri in hun jonge jaren

Of het aan die instelling ligt of niet, beiden tonen al vroeg aanleg voor hun sport. Joeri wordt Nederlands kampioen in de jeugdcategorie van de motorcross. Dinja stort zich vanaf jonge leeftijd op de paardensport en wordt in 2012 derde op het wereldkampioenschap voor jonge dressuurpaarden. Ze is reserve tijdens de Olympische Spelen in Tokio, maar komt daar niet in actie. In Versailles, waar deze Spelen de paardensport plaatsvindt, zal Dinja met haar paard Hermès wel deelnemen.

'Doom weer tot leven'

Joeri speelt zijn wedstrijden in Parijs. “Het bijzondere is dat ik als jong ventje droomde om met supercross in de Bercy Arena in Parijs te racen. Dat is het supercross-walhalla van Europa en het enige evenement dat hier ook op tv werd uitgezonden. En laat dat nu net het stadion zijn waar we met rolstoelbasketbal tijdens de Paralympische Spelen ook onze wedstrijden spelen. Precies tien jaar na mijn ongeluk komt die droom weer tot leven. En dan gaat mijn zusje ook nog eens naar de Spelen. Dat hadden we allemaal nooit kunnen verzinnen. Heel bijzonder vind ik dat.”

Joeri
Joeri met nummer 38

Toch zijn ze beiden ook nuchter, vertelt Joeri. “We zijn echte Zeeuwen.” Ze lopen bij elkaar niet de deur plat en bellen elkaar ook niet na een grote wedstrijd. En dat ze nu naar het grootste sportevenement van de wereld gaan, is ergens ook niet zo heel spannend, zegt hij. “We zijn als kind al zo gewend om grote wedstrijden te doen en te presteren. Maar ik vind het bijzonder dat mijn familie straks op de tribune zit. Die bomvolle tribunes met bekenden, dat vond ik ook altijd leuk met supercross. Daar draaide het om de show, de adrenaline, het publiek. Dat ik straks weer kan laten zien wat ik waard ben, vind ik heel mooi.”

Gerelateerde artikelen

Toon alle