Chef’s special: Building number seven wordt een stukje Nederland in Tokio

Onze chefs werken toe naar de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen en het Europees Jeugd Olympisch Festival. Wat beleven zij op weg naar deze evenementen? Wat raakt, verrast en inspireert hen? In ‘Chef’s Special’ geven zij om de beurt antwoorden op deze vragen. Dit keer spreken we Pieter van den Hoogenband, komende zomer onze olympische chef de mission in Tokio.

Nog 150 dagen en dan kunnen we eindelijk genieten van de Olympische Spelen in Tokio. Het komt nu echt dichtbij.

"Klopt, de containers staan al klaar! Die moeten deze maand op het schip zodat alles op tijd in Tokio arriveert. In de containers zit alles wat we nodig hebben om de uitzending in goede banen te leiden. Wij moeten de sporters zo goed mogelijk faciliteren en alles even net iets beter en slimmer doen dan onze concurrentie. Zo kunnen we met TeamNL het verschil maken."

Wat nemen we dan bijvoorbeeld mee om het verschil te maken?

"Dan kun je denken aan de inmiddels wel bekende oranje Gazelle fietsen, maar ook matrastoppers voor een goede nachtrust. En vooral allerlei attributen om een hele gave TeamNL lounge te maken in 'ons' gebouw in het olympisch dorp: building number seven. Waarschijnlijk is er vanwege de coronamaatregelen voor de sporters komende zomer weinig bewegingsruimte. Daarom is de lounge dit keer belangrijker dan ooit. We willen daar echt een klein stukje Nederland creëren in het oog van de orkaan die de Spelen gaan zijn. Een plek waar de sporters zich rustig kunnen terugtrekken en even kunnen chillen. Ik ben ervan overtuigd dat details aan de top het verschil kunnen maken. En dat verschil kan zijn dat ons team een plek heeft waar iedereen bij elkaar kan komen voor een koffietje en samen een plaatje kan draaien."

TeamNL kan daar straks dus echt als team de spelen beleven?

"Ja dat is de bedoeling. Ik geloof heel erg in teamwork. Dat klinkt raar uit de mond van iemand die jarenlang een individuele sport heeft beoefend, maar ik werd pas succesvol in mijn individuele sport toen ik het als teamsport ging beschouwen en organiseren. En dat doe ik nu in mijn rol als chef eigenlijk weer. Het IOC heeft verschillende 'playbooks' uitgegeven waarin staat beschreven hoe de Spelen ondanks COVID-19 doorgaan. Ik ben met chefs uit meerdere landen aan het kijken hoe we die handboeken kwalitatief zo goed mogelijk kunnen maken zodat onze sporters, ondanks corona, een geweldige Spelen zullen beleven."

En hoe staat TeamNL ervoor met nog 150 dagen te gaan?

"De sportieve resultaten van bijvoorbeeld Lieke Klaver en Femke Bol spreken natuurlijk voor zich. En ook mooi dat Roy van den Berg is toegevoegd aan het team van baanwielrenners. Prachtig dat de waterpolodames mee gaan naar Tokio. De heren haalden het helaas niet, maar die hebben wel een fantastische stap gemaakt. In het hele team zie je  dat de sporters een goede focus hebben met nog 150 dagen te gaan. De Spelen win je niet één keer in de vier jaar, de Spelen win je iedere dag."

"En dit is een cruciale fase waarin de sporters het verschil kunnen maken om straks te gaan oogsten. Daarom is een bericht in de media zoals een aantal weken geleden dat de Spelen niet doorgaan ook zo funest. Sporters krijgen daar vragen over van familie en vrienden, maar ook bij de slager en de bakker. Daar zit je niet op te wachten in een fase waarin de focus moet zijn op keihard trainen. En ik ben blij dat ik die ruis kan wegnemen en de zekerheid kan geven dat het IOC en het organisatie comité alles op alles zetten om een geweldige spelen te organiseren."

"Wat ik merk is dat mensen hier echt naar uitkijken. IOC-voorzitter Thomas Bach had het over het licht aan het einde van de donkere tunnel. Ik hoop dat we dat in deze tijd echt kunnen bieden. Het perspectief is er en mensen kijken echt reikhalzend uit naar de Spelen en dat is heel mooi. Onze sporters kunnen Nederland straks trots maken en weer kleur op de wangen geven in deze moeilijke tijd. Je komt de slogan 'Inspire a generation' vaak tegen in de context van de Spelen. En ik ben ook papa van vier kinderen. Onze sporters kunnen hele generaties plezier en inspiratie geven. Je ziet dat de ploeg zich daar ook steeds meer bewust van is. Dat vind ik erg mooi om te zien."