Welke podiumplekken geven na het olympisch kwalificatietoernooi schaatsen recht op olympische startbewijzen in Milaan? De selectievolgorde (SEVO) waarin dit is vastgelegd, is vandaag officieel bekendgemaakt door de Selectiecommissie Langebaan (SCL) van de KNSB.
De SEVO is elke vier jaar het document waar langebaanschaatsers naar uitkijken. Bij de eerste vier ISU World Cups van dit seizoen hebben de rijders het maximum aantal olympische startplaatsen voor TeamNL binnengehaald. Dit betekent dat Nederland 9 mannen en 9 vrouwen naar Milaan mag afvaardigen, iets wat overigens pas definitief zeker is als de ISU dat (naar verwachting later vandaag) officieel bevestigt. Bij het OKT, van 26 tot en met 30 december in Thialf, wordt uitgemaakt welke schaatsers zich plaatsen voor de Winterspelen.
Per afstand mag Nederland drie rijd(st)ers inzetten, alleen op de langste afstanden (5.000 meter vrouwen en 10.000 meter mannen) en de massastart zijn dat er twee. Bij het invullen van die twee keer negen namen is de SEVO leidend. Als voorbeeld: de vrouw die bij het OKT de 500 meter wint (eerste plek in de SEVO) is zeker van een olympisch startbewijs, maar de man die tweede wordt op de 10.000 meter (15e in de SEVO) moet nog even afwachten of het ticket voor Milaan binnen is.
“Bij het opstellen van de SEVO is de vraag: op welke afstanden hebben we de grootste kans op gouden medailles”, legt Remy de Wit, technisch directeur van de KNSB uit. “Die berekening hebben we gemaakt op basis van de resultaten bij de World Cups en het WK van vorig seizoen en de World Cups van dit seizoen.”
De matrix OKT Schaatsen ziet er als volgt uit:
Vrouwen:
1.
500m nr 1
2.
1.500 m nr 1
3.
Massastart (aanwijsplek)
4.
3.000 m nr 1
5.
1.000 m nr 1
6.
5.000 m nr 1
7.
1.000 m nr 2
8.
5.000 m nr 2
9.
1.500 m nr 2
10.
3.000 m nr 2
11.
500 m nr 2
12.
500 m nr 3
13.
3.000 m nr 3
14.
1.500 m nr 3
15.
1.000 m nr 3
Mannen:
1.
Massastart (aanwijsplek)
2.
1.000 m nr 1
3.
500 m nr 1
4.
1.500 m nr 1
5.
1.000 m nr 2
6.
5.000 m nr 1
7.
1.000 m nr 3
8.
5.000 m nr 2
9.
1.500 m nr 2
10.
10.000 m nr 1
11.
500 m nr 2
12.
1.500 m nr 3
13.
5.000 m nr 3
14.
500 m nr 3
15.
10.000 m nr 2
Na het OKT vergadert de Selectiecommissie Langebaan over de samenstelling van TeamNL voor de Olympische Spelen in Milaan. De uitslagen van het OKT vormen uiteraard de basis, maar de SCL bekijkt ook of men gebruikmaakt van de bevoegdheid om schaatsers aan te wijzen.
In de reglementen is ruimte voor drie aanwijsplekken per sekse. Die kunnen onder meer nodig zijn om de ideale achtervolgingsploeg of het sterkste duo voor de massastart samen te stellen.
Uiterlijk 4 januari worden deze beraadslagingen afgerond en geeft de KNSB de 18 namen voor de olympische afvaardiging van TeamNL Langebaan door aan NOC*NSF, dat spoedig daarna die voordracht officieel zal goedkeuren.
