"Het gaat goed. Alles is onder controle, al wordt het de komende tijd wel verder onderzocht", aldus Polman, die zich komend weekend met Nederland hoopt te plaatsen voor de Olympische Spelen in Rio de Janeiro.

Vorige maand werd al bekend dat de hartritmestoornissen geen gevaar vormen voor de topsportcarrière van de 23-jarige speelster van het Deense Esbjerg. "Maar het is wel vervelend. Ik hoop dat ze bij de onderzoeken iets vinden en dat ze dan iets voor me kunnen betekenen", vertelt Polman.

Haar hartritmestoornissen kwamen in februari in het nieuws toen ze tijdens een wedstrijd van haar Deense club last kreeg en niet verder kon. Per ambulance werd ze naar het ziekenhuis vervoerd.

"Ik denk dat de mensen om me heen meer geschrokken zijn dan ikzelf", kijkt ze nu terug. "Ik heb het vaker gehad, alleen kon ik het dit keer niet verbloemen. Deze keer duurde het wat langer dan normaal. Soms denk ik wel even: kom ik hier nog uit? Maar op een gegeven moment gaat het altijd wel weer."

Marathon

De Arnhemse heeft door de jaren heen om leren gaan met de hartritmestoornissen, waar ze een jaar of zeven geleden voor het eerst last van kreeg.

"Ik zat op de bank en ineens voelde het alsof ik met de laatste meters van een marathon bezig was. Ik dacht: dit is een hartaanval. Maar dat was het dus niet. Het ging vanzelf weer over en dat weet ik nu ook. Alles onder controle."

Polman vreest ook niet dat de hartritmestoornissen haar tijdens de Spelen dwars zullen zitten. "Zo heftig als het vorige maand bij Esbjerg was, dat is in al die jaren maar drie keer voorgekomen. Het moet dus wel heel toevallig zijn als het in Rio weer gebeurt."

"En de Spelen zijn natuurlijk wel de Spelen. Nu nam ik twee dagen rust, maar dat zal ik in Rio niet zo snel doen. Dan ga ik gewoon weer, tenzij het echt niet kan."

Knokken

Om die Spelen te halen moet Oranje komend weekend bij het Olympisch Kwalificatietoernooi in het Franse Metz bij de eerste twee eindigen in een poule met Frankrijk, Tunesië en Japan. Polman is vol vertrouwen dat dat gaat lukken.

"We gaan ons plaatsen. Dat moet gewoon. Zo'n kans krijgen we nooit meer. Maar het zal niet met twee vingers in de neus gaan. Er komt aardig wat druk op te staan."

Op papier zijn Frankrijk en Nederland, dat in december tweede werd op het WK, de grote favorieten voor de twee olympische tickets, maar Oranje kende een slechte generale. Zaterdag werd de laatste interland voor het OKT met 32-29 verloren van Spanje.

"Maar dat is ergens ook wel goed geweest", vindt Polman. "Want daardoor staan we weer even met beide benen op de grond. We zullen er echt voor moeten knokken en alles moet kloppen, anders gaan we niet naar Rio."