De tegenstander in de finale is Noorwegen. De olympisch kampioen was in de andere halve eindstrijd met 35-33 te sterk voor Roemenië.

Als het Nederlands team zondag de wereldtitel verovert, is het meteen geplaatst voor de Olympische Spelen van Rio in 2016.

De ploeg van bondscoach Henk Groener maakte in de eerste helft al het verschil met het snelle en dodelijk effectieve spel waarop het patent heeft dit toernooi. Polen probeerde het met fysiek spel, maar kreeg geen vat op de beweeglijke internationals van Nederland, waarin ook weer keepster Tess Wester uitblonk.

Estavana Polman was topschutter met zes doelpunten. Nycke Groot scoorde vijf keer en de opbouwster werd tot beste speelster van de wedstrijd uitgeroepen. Yvette Broch noteerde ook vijf treffers.

Geconcentreerd
Van overschatting was geen sprake bij de Nederlandse ploeg, die in de groepsfase ook al met ruime cijfers van Polen had gewonnen (31-20). Vanaf het eerste fluitsignaal speelde Oranje geconcentreerd en goed.

Groot nam de ploeg meteen bij de hand met de eerste twee treffers, Michelle Goos reageerde alert op verre uitworpen van doelvrouw Wester, Polman en Lois Abbingh waren trefzeker met hun harde worpen en Broch heerste weer op de cirkel.

Met een paar tussenspurts nam de equipe van Groener en zijn nadrukkelijk meecoachende assistent Peter Portengen afstand. Bij rust was de kloof al zeven doelpunten: 15-8.

Scheurtjes
Na rust drukte Nederland meteen door en liep het uit naar negen doelpunten voorsprong, maar de Deense coach Kim Rasmussen kreeg toen zijn Poolse meiden aan de praat en geleidelijk kwam de tegenstander terug in de wedstrijd.

De dekking van Oranje begon scheurtjes te vertonen en het scoren ging moeizamer, hoewel Lynn Knippenborg als invalster haar best deed. De marge slonk naar drie en Oranje verslapte even, maar op karakter vocht de ploeg zich in een spannende slotfase naar een historische prestatie.