Paradressuur teamwedstrijd

Paradressuurteam

Een paradressuurteam kan bestaan uit vier combinaties, die elk individueel in hun eigen grade deelnemen. In de teamwedstrijd komen drie combinaties per land uit. In het team moet bovendien ten minste één combinatie uit grade I, II of III meedoen, en één uit grade IV of V. 

Bondscoach Joyce Heuitink vertelt: “We zijn hier met vier combinaties en wisten dus vooraf dat er een af moet vallen voor de teamwedstrijd. Eerder hadden we al afgesproken dat de combinatie met de laagste score in de individuele proef, niet rijdt in de landenwedstrijd. Daarom komt Annemarieke Nobel met Doo Schufro daarin niet aan de start. De paarden waren allemaal lekker fris, dus er is geen enkele reden om de plannen te veranderen.”

Foto: Demi Haerkens, eerder deze Spelen (BSR Agency).

Uitleg classificatie paradressuur

Bij paradressuur worden de ruiters ingedeeld in verschillende categorieën, genaamd grades, afhankelijk van de ernst van hun beperking. 

Paradressuurruiters kunnen gebruik maken van hulpmiddelen of aanpassingen, afhankelijk van hun beperkingen, en worden vooraf gekeurd om in de juiste grade te worden ingedeeld. Bij hulpmiddelen moet je bijvoorbeeld denken aan magnetische beugels, waardoor de laars van de ruiter (met magneet in zool) op z’n plek blijft zitten, aangepaste zadels en gebruik van zweep of een knoop in de teugel.

Ook kunnen er andere regels gelden en mag de ruiter bijvoorbeeld de jury alleen met het hoofd groeten en de teugels in beiden handen houden. En niet, zoals gebruikelijk, de teugels in een hand te houden, en de andere hand naar achteren brengen en dan knikken. Ook mogen sommige ruiters de teugels in een hand houden in plaats van 2 handen.