Jessica Schilder, de Femke Bol van het kogelstoten
Jessica Schilder, de Femke Bol van het kogelstoten
Kogelstootster Jessica Schilder werd vorig jaar negentiende op de Olympische Spelen, met een worp van 17,74 meter. Inmiddels stoot ze de kogel meer dan twee meter verder en heeft ze tien keer het Nederlands record verbeterd. Ze is nu op twee na de beste van de wereld.
Jessica Schilder is de eerste Nederlandse vrouw ooit die een WK-medaille heeft gewonnen bij het kogelstoten. In juli kreeg de 23-jarige Volendamse het brons omgehangen tijdens het wereldkampioenschap in Eugene (VS). Met een worp van 19,77 meter vestigde ze bovendien een nieuw Nederlands record.
Maar die afstand was drie weken later alweer uit de boeken. Begin augustus, tijdens de Diamond Leaguewedstrijd in het Poolse Chorzow, stootte Jessica de kogel zeven centimeter verder. “Ik had het niet helemaal verwacht”, reageert ze op die laatste prestatie. “Het was de eerste wedstrijd na het WK. Dan is het altijd even zoeken of je nog die WK-vorm hebt of niet. Dus ik was heel blij dat het goed is uitgepakt.”
Jessica rijgt de nationale records aan elkaar als parels aan een ketting. In een half jaar verbeterde ze zich liefst tien keer. “Dit is de zevende keer outdoor en drie keer indoor. In februari stootte ik mijn eerste indoorrecord tijdens het Nederlands kampioenschap. En dat heb ik doorgetrokken naar outdoor.”
Spanning
2022 is het jaar van de doorbraak van Jessica. Met die bronzen plak op het wereldkampioenschap als hoogtepunt. “Ik stootte 19,77 en dacht niet dat dat genoeg was voor een medaille”, blikt ze terug. “Ik dacht dat je daarvoor twintig meter moest stoten. Tot de laatste ronde aanbrak en we allemaal nog één poging hadden. De nummer 4 stootte precies dezelfde afstand als ik, maar omdat ik twee keer die afstand had gestoten en zij één keer, bleef ik op de derde plek staan. Daarna moest ook de wereldkampioen indoor nog, maar die kwam er ook niet voorbij. Dus het was heel spannend en ik ben superblij dat ik brons mee naar huis heb weten te nemen.”
Ondanks de minieme verschillen was Jessica ontspannen in de finale, in tegenstelling tot de kwalificaties, toen de zenuwen haar parten speelden. “In de kwalificaties moet je het altijd nog maar even doen. Dan moet het gewoon goed zitten. Dat maakt het zo lastig. In de finale kan je gewoon losgaan en kan je risico’s nemen.”
Uiteindelijk waren het nota bene twee concurrentes die haar op haar gemak stelden. “Ik vroeg: ‘hoe gaan jullie met die spanning om, want het is mijn eerste WK senioren outdoor?’ Toen hebben ze me tips gegeven. Het belangrijkste was dat iedereen last had van de zenuwen en dat ik echt niet de enige was die daar met zenuwachtige benen stond te stoten. Ook de nummers 1, 2 en 3 van de wereldranglijst hadden er last van.”
Amicaal
“Ik vond het heel fijn dat ze dat zeiden. Want dan krijg je echt het idee dat je het samen doet in plaats van in je eentje. Gert Damkat, mijn trainer, zei dat het best wel bijzonder was. Ik kom net in het circuit kijken en voor mij is alles nieuw. Maar ik had niet verwacht dat iedereen zo aardig en zo lief zou zijn. We leren allemaal van elkaar. De sfeer is echt heel goed en fijn.”
“Bij de Diamond League is vaak hetzelfde groepje. We lopen vaak een beetje met elkaar te sollen. Ik heb een keer geprobeerd het serieus te benaderen en het grapje te laten zitten, maar dat was meteen mijn slechtste wedstrijd. Kennelijk zorgt dat geintje voor spanning, maar ook ontspanning. Op die manier stoot ik gewoon verder. Dus ik ben heel blij dat die groep zo amicaal is. Je gaat nu die wedstrijd in met het idee van: ‘het is een leuke wedstrijd’, in plaats van ‘we gaan elkaar vermorzelen’. Iedereen gunt het elkaar.”
“Ik moest na het winnen van die medaille eigenlijk meteen weer de knop omzetten omdat er nog een EK aan zit te komen. De dag na de wedstrijd zijn we teruggevlogen naar Nederland en werd ik meteen overspoeld door berichtjes, telefoontjes en appjes. Ik zag vorige week een interview met Pieter van den Hoogenband en hij zei dat ik de Femke Bol van het kogelstoten ben. Dat vond ik wel een heel mooi compliment.”
Stormachtige ontwikkeling
Die vergelijking is niet zo ver gezocht. Want ook Femke Bol kende een stormachtige ontwikkeling. In 2020 meldde ze zich aan de wereldtop van de 400 meter horden en 400 meter vlak. Ze liep diverse nationale records en veroverde vorig jaar op de Olympische Spelen de bronzen medaille.
Jessica was er ook bij in Tokio. Met een worp van 17,74 meter werd ze negentiende. Inmiddels stoot ze de kogel meer dan twee meter verder en is ze derde van de wereld. Een verandering van trainingsomgeving heeft veel aan haar progressie bijgedragen. “Vorig jaar september ben ik overgestapt naar Papendal en de begeleiding is daar gewoon enorm goed. Ik heb een geweldige trainer en een geweldig team om me heen staan. En het feit dat ik daar nu indoor kan stoten heeft ook wel grote impact gehad.”
Als we onderweg zijn zegt Femke meestal waar de beste koffie is
Dat ze nu tussen andere topatleten kan trainen inspireert haar enorm. “Hiervoor trainde ik alleen en nu in een groep met allemaal werpers. Dan leer je zoveel van elkaar. Iedereen heeft zijn kwaliteiten. Ik denk dat dat ook heel veel waarde heeft.”
Koffie
En wat leert ze van de atleten uit de andere disciplines? Ze lacht. “Als we onderweg zijn zegt Femke meestal waar de beste koffie is. Net als de 4x4-mannen: we zijn allemaal een beetje verslaafd aan koffie dus zodra iemand een goed koffietentje heeft gevonden dan zit daar heel TeamNL."
"Als je samen naar een Diamond League gaat, deel je ook kennis en ervaring. Dat kunnen hele kleine dingetjes zijn, bijvoorbeeld over voeding, maar dat kunnen net die dingetjes zijn die ervoor zorgen dat ik straks weer tien centimeter verder ga stoten.”
Jessica leert ook veel door naar anderen te kijken. Vooral de Amerikaan Ryan Crouser, de wereldrecordhouder bij de mannen, is een voorbeeld. “Als ik hem zie bij wedstrijden dan denk ik: ‘Waauw, dat inspireert wel echt’. Hoe hij een wedstrijd benadert, hoe hij met spanning omgaat en hoe hij is als persoon, vind ik heel fijn. Maar ook zijn manier van stoten, zijn souplesse, daar heb ik een goed gevoel bij. Ik kan zijn techniek ook toepassen en negen van de tien keer werkt dat. Dus ik leer heel veel van hem.”
Waar Jessica haar grens ligt is moeilijk aan te geven. Ze is af en toe zelf ook verbaasd over haar ontwikkeling. “Soms moet ik het toch even beseffen”, zegt ze. “Vorig jaar dacht ik nog: ‘eerst die negentien meter halen'. En nu zijn we al bezig met de twintig meter. Dat ik die stap heb mogen maken is heel bijzonder.”
Update: een week na het interview werd Jessica in München Europees kampioen kogelstoten. Daarbij scherpte ze opnieuw het Nederlands record aan. Met 20,24 meter ging ze bovendien over de magische 20-metergrens.
Gerelateerde sporters
Gerelateerde teams
Gerelateerde artikelen
Toon alle artikelen-
De pijlsnelle ontwikkeling van Femke Bol
Femke Bol verrast vriend en vijand. De 21-jarige atlete bereikte de finale van de 400 meter horden en geldt als…
Lees artikel -
Hoe Anouk Vetter samen met haar vader haar topsportleven beleeft
Je vader als coach, kan dat? Anouk en haar vader Ronald Vetter leveren het bewijs: het kan zéker! En om…
Lees artikel -
Familiegevoel helpt Lieke Klaver naar de top
De carrière van atlete Lieke Klaver maakt de laatste tijd een stormachtige ontwikkeling door. Dat dankt ze mede aan haar…
Lees artikel -
Zo vliegt Nadine Visser zo snel mogelijk over de horden
'Vaak is de race waarvan je na afloop niet zo goed weet hoe het ging, de perfecte race.' Atlete Nadine…
Lees artikel