Inge Janssen World Cup Plovdiv Bron Merijn Soeters-lr-8567.jpg

Inge Janssen zit weer met een ‘frisse kop’ in de boot

29 mei 2019
Richard Schoonderwoert

Roeister Inge Janssen raakte langzaam haar plezier in de topsport een beetje kwijt. Hoewel zij in 2017 een gouden WK-medaille haalde, besloot ze kort daarna een sabbatical te nemen. Een jaar uit het stramien deed haar goed. Inmiddels zit de 30-jarige Amsterdamse alweer een halfjaar in de dubbelvier en is ze gemotiveerder dan ooit voor een topprestatie in Tokio.

Hoe zag je leven eruit voordat je een sabbatical nam?
“De laatste twee jaar van de cyclus op weg naar de Olympische Spelen in Rio 2016 zat ik in de dubbelvier. Dat ging eigenlijk heel erg goed. We hebben veel op het podium gestaan en mooie races gevaren. Uiteindelijk pakten we zilver in Rio. Die race ging zó goed, dat we voor eerst voelden dat we echt konden winnen. We namen dat gevoel mee en uiteindelijk lukte dat in 2017, toen we goud pakten op de WK in Florida. Dat was supervet, de ploeg liep superlekker. We waren echt overtuigd van wat we aan het doen waren.”


De dubbelvier viert het zilver in Rio. Tweede van rechts Inge Janssen.

Wilde je dat gevoel niet meenemen naar de Olympische Spelen in Tokio?
“Ik had dat laatste jaar wel het gevoel dat het steeds hetzelfde was. Ik had ook wel eens zin om wat langer op vakantie te gaan. Het ritme en het stramien begonnen me tegen te staan. De dubbelvier zou richting Tokio waarschijnlijk prioriteitsboot blijven en mijn positie binnen het team was ook vrij onbedreigd. Dat laatste zou ik natuurlijk wel deels opgeven met mijn sabbatical. Maar de gedachte nog drie jaar lang precies hetzelfde te doen, daar haalde ik geen uitdaging meer uit. Ik wilde wel heel graag naar Tokio en het daar heel goed doen, maar als ik zo zou doorgaan dan zou ik het niet meer leuk vinden. Dan zou ik het in een soort gezapige stand allemaal uitvoeren. Daar word ik geen betere sporter van en heb ik ook geen plezier in. Daarom dacht ik: Dan moet ik er nu even uit. Wel met de intentie om het daarna weer op te pakken.”

Omschrijf dat stramien eens.
“Ik was fulltime sporter: ik trainde twee of drie keer per dag, zo’n vijf keer per jaar gingen we op trainingskamp. Het roeiseizoen loopt van april tot en met september. Dan komt er een heel lange periode waarin je veel moet trainen maar geen internationale wedstrijden hebt. Dat is geen vervelend leven, maar ik had behoefte aan een wisseling van mijn dagelijkse bezigheden.”

Wanneer heb je de knoop doorgehakt?
“Voor het WK in de Verenigde Staten speelde ik al met de gedachte. Toen had ik het er al over gehad met Josy Verdonkschot (de bondscoach van de roeiers, red.). In november voer ik een wedstrijd in Groningen in de skiff (eenmansboot, red.), toen dacht ik: Dit gevoel is duidelijk. Daar moet ik naar luisteren. Daarna maakte ik bekend aan Josy en de rest van de ploeg dat ik er een jaar uitging. Ze vonden het heel jammer, maar ze begrepen het wel. Ik heb af en toe mijn vrijheden nodig.”

Was het een moeilijke beslissing?
“Als je in een ploeg zit, dan krijg je richting de Spelen steeds meer focus, maar minder vrijheden. Bijvoorbeeld om zelf op een bepaalde manier te trainen, om een keer bij je oude club te trainen of een keer met je vriend weg te gaan. Dat zijn dingen die voor mij heel belangrijk zijn. Ik dacht: Als ik het wil, dan moet ik het nu doen. Daarna kan het niet meer. Aan de andere kant voelt het heel onnatuurlijk om niet te roeien, terwijl je over twee of drie jaar toch wilt presteren. Het voelt gewoon alsof je trainingsuren weggooit. Maar uiteindelijk heeft het me heel veel energie opgeleverd.”


De dubbelvier tijdens de World Cup 2019 in Plovdiv.

Hoe gingen ze er bij de roeibond mee om?
“Je ziet wel vaker aan het begin van een olympische cyclus dat mensen tijdelijk stoppen om bijvoorbeeld een studie af te ronden. Maar niet echt omdat iemand even een break wil. Er is wel ruimte om dingen die je verder in je leven wilt, zo te plannen dat je het best voorbereid op de Spelen kan staan. Er zijn meiden met coschappen; in overleg wordt bepaald wanneer dat wel en niet kan.”

“Josy gaat er heel professioneel mee om. Niet heel zwartwit, van: ‘je volgt het hele programma, of niet’. Want daarmee sluit je een hoop sporters die willen of moeten studeren uit. Maar ook denk ik dat je daardoor mensen langer vasthoudt. Bij mij was dat zeker het geval. De coach zei tegen me: ‘Ik heb liever dat je er niet een doet. Maar als dit jouw manier is om in Tokio superscherp en goed te zijn, dan gaan we dat regelen’. Kijk, het team staat gewoon. Het is breed en het niveau is hoog. Dus als er een keer een individu dit nodig heeft, dan kan dat.”

Wat heb je gedaan tijdens je sabbatical?
“Meer uitslapen, haha. Nee, ik ging niet heel speciale dingen doen. Ik had ook een baan naast mijn sport, dus ik ben ook meer gaan werken. Ik werk voor BYCS, een bedrijf in Amsterdam dat het gebruik van de fiets wil stimuleren. En verder weekendjes weg met vrienden. Ik ben met mijn vader op vakantie geweest; dat stond ook al heel lang gepland. Mijn vriend doet aan triatlons; ik ben ook mee naar het buitenland geweest om hem aan te moedigen. Dat soort dingen die normaal dus niet kunnen. Juist even een normaal leven leiden, dat vooral niet te vol is gepland.”

Heb je helemaal niet meer geroeid dat jaar?
“Ik ben nog één wedstrijd gestart in het voorjaar en ik heb nog wat gevaren met een meisje dat ik coach. Ik denk dat ik dat jaar een keer of tien in een boot heb gezeten. Ik heb wel veel gefietst en hard gelopen. Wat dat betreft heb ik dat jaar wel de liefde voor andere sporten ontdekt.”


Sophie Souwer, Roos de Jong, Inge Janssen en Olivia van Rooijen.

Kostte het moeite om terug te komen?
“De rest van de groep startte vorig jaar in oktober met de trainingen voor dit seizoen. Ik begon anderhalve maand eerder met skiffen en krachttraining, om niet met een achterstand te beginnen  Toen ik weer begon, verlangde ik juist weer naar meer structuur en een groep meiden om me heen. Het is geinig hoe dat werkt: ik werd nu ineens weer heel blij van bepaalde trainingsschema’s.”

We zijn nu een half jaar verder. Hoe bevalt het?
“Het heeft heel verfrissend gewerkt. Je kiest bewuster voor wat je aan het doen bent. Ik ben nu meer gemotiveerd dan daarvoor. Het is me ook echt meegevallen hoe snel ik fysiek weer op mijn oude niveau was. Als je het een beetje onderhoudt, kun je het met een frisse kop wel weer oppakken.”

Foto Rio: Getty Images, overige foto's: Merijn Soeters.

Gerelateerde sporters

Gerelateerde teams