Jesper De Jong Tennis Davis Cup

Jesper de Jong: "Ik was nooit de beste"

12 september 2025
Roos Oosterbaan

Hoge pieken, diepe dalen. Zo extreem als afgelopen jaar had hij ze nooit eerder, vertelt Jesper de Jong, die met zijn deelname aan de Davis Cup opnieuw een primeur beleefd. “Het is wel stom dat ik nooit echt stilsta bij wat ik heb bereikt.”

Het is voor het eerst dat Jesper in actie komt op de Davis Cup, op 12 en 13 september in Groningen. Een hoogtepunt, zegt hij. “Ik kan nu aan mensen in Nederland laten zien wat ik kan.” Toch gingen daar al veel andere hoogtepunten aan vooraf. Nooit eerder bereikte hij zo’n hoge positie op de wereldranglijst: plaats 79. Hij debuteerde op de US Open en haalde de finale van een ATP-toernooi. “Het is nooit saai,” vat hij het nuchter samen.

Dieptepunten

Maar de dieptepunten waren ook niet mals. Hij noemt de wedstrijd in maart toen hij in Rwanda kansloos verloor van een veel lager geplaatste tegenstander.  “Zat ik daar in Afrika, ziek, met een ontsteking in mijn kies. Heel die trip verkloot.”

Toch kijkt Jesper vooral positief terug: “Ik leef de droom van veel mensen. En ook mijn eigen droom.” Als kind, toen hij nog ballenjongen was, dacht hij daar trouwens nog helemaal niet zo groot over. “Ik was nooit de beste. Ik ging helemaal niet uit van een profcarrière.”

Vechtlust

Pas rond zijn zestiende, zeventiende begon zijn talent echt vorm te krijgen. “Ik heb tegen jongens gespeeld die veel beter waren dan ik, maar zij zijn dat niet gebleven. Ik heb echt moeten vechten voor mijn plek. Ik was niet de grootste, niet de sterkste, dus ik moest op andere vlakken uitblinken. Daar komt mijn vechtlust vandaan, denk ik. In mijn jeugd heb ik veel verloren en geleerd om met tegenslagen om te gaan. Dat is belangrijk. Ik ging door omdat ik het leuk vond en omdat ik beter wilde worden.”

Jesper De Jong Toptennisser
Toptennisser Jesper de Jong debuteert op de Davis Cup in Groningen (foto's: Danique Boelhouwer KNLTB)

Vriendin

Intussen stijgt de ster van de 25-jarige tennisser snel, iets wat ook zichtbaar is op de wereldranglijst. “Mijn volgende doel is de top 50. Terugvallen naar de 90 zou ik heel erg vinden. Terwijl, vorig jaar had ik dat nog niet normaal goed gevonden. Met tennis ben je nooit tevreden; er is altijd een nieuw doel, een nieuw toernooi. Maar het blijft stom dat ik nooit echt stilsta bij mijn prestaties.”

Naast uitdagende toernooien, prijzengeld en toenemend succes, geniet Jesper ook van een gelukkig privéleven met zijn vriendin, topschaatser Pien Hersman. Samen wonen ze in Alkmaar. Van een supersterrenleven is echter geen sprake, benadrukt hij. “We beseffen ons eigenlijk nog niet helemaal hoe mensen naar ons kijken. Omdat we allebei topsporters zijn, krijgen we soms zo’n label. Maar eigenlijk zijn we hartstikke normaal.”

Imago

Het beeld dat de buitenwereld van hem heeft, houdt hem wel bezig, vervolgt hij. “Misschien omdat ik opgegroeid ben met social media en daar actief op ben. Ik ben me bewust van mijn gedrag. Ik probeer een goed beeld van mezelf te creëren.”

Ik was niet de grootste, niet de sterkste, dus ik moest op andere vlakken uitblinken. Daar komt mijn vechtlust vandaan.

Jesper de Jong

Frustraties

Frustraties op de baan probeert hij daarom niet te veel te laten zien. “Als ik klaar ben met een wedstrijd, gooi ik ook vaak met mijn schoenen of mijn pet. Maar wel buiten de camera’s. Als je niet in de flow zit en steeds verliest terwijl je alles geeft, moet die boosheid eruit. Maar mensen willen dat liever niet zien. Of ze pakken je erop.”

Hij ziet dat ook gebeuren bij Tallon Griekspoor, de beste Nederlandse tennisser van dit moment, of de Italiaanse toptennisser Jannik Sinner als zij hun frustraties openlijk tonen. “Dat zij hun rackets kapotslaan, wil ik niet goedpraten, maar ik begrijp het wel. Honderd procent. We moeten niet gek worden als ze een keer de controle verliezen. Laten we vooral niet vergeten hoe knap het is wat Tallon allemaal bereikt. Maar soms lijkt het alsof het alleen nog maar over die rackets gaat. Je kunt het eigenlijk nooit goed doen.”

Restaurant

Die negatieve reacties probeert Jesper voor zichzelf te voorkomen, maar het houdt hem zeker niet tegen om verder te dromen. “Ik zie mezelf nog wel tot mijn 35e tennissen. En als ik dan genoeg heb verdiend om niet meer voor het geld te hoeven werken, wil ik een Italiaans restaurant beginnen. Dat lijkt me heel leuk.”

Gerelateerde sporters

Gerelateerde teams