Cheer!
HEERLEN - Worstelaarster Jessica Blaszka is geboren op 5 augustus 1992 en heeft leeuw als sterrenbeeld. En een leeuw staat voor ambitie en zelfverzekerdheid en bezit wilskracht. Als een leeuw tegenspoed op zijn krijgt, gebruikt hij de situatie in zijn voordeel. Met een beetje fantasie is dat het verhaal van de Limburgse Blaszka (23), de eerste Nederlandse worstelaarster ooit op een Olympische Spelen.
Komende zomer staat ze in Rio de Janeiro op de mat in de klasse tot 48 kilo. Een gevolg van een derde plaats op het wereldkampioenschap in Las Vegas. Een ongekende en onverwachte prestatie. “Vorig jaar was een superjaar voor mij. Ik ben derde van de wereld geworden. In het begin van het jaar leek het niet echt te lukken. Ik voelde veel druk, omdat ik wist dat 2015 het jaar was om én een A-status te krijgen én mij te kwalificeren voor de Olympische Spelen. Uiteindelijk heb ik mij goed kunnen focussen en kunnen voorbereiden op het behalen van mijn doel – dat was top acht op het wereldkampioenschap. Het werd zelfs een medaille; dat was natuurlijk geweldig. Dat ik de eerste Nederlandse worstelaarster op de Olympische Spelen ben, vind ik niet zo belangrijk.”
A-status
“Wat ik wel heel belangrijk vind, is focus en een goede voorbereiding. Dat zijn de voorwaarden om zo optimaal mogelijk te presteren tijdens de Spelen. Mijn doel is om daar een medaille halen. Dat is best ambitieus, maar nadat ik derde op het wereldkampioenschap ben geworden, denk ik wel dat het erin zit. Dan moet alles wel kloppen.”
“Dankzij die derde plaats in Las Vegas, krijg ik nu weer de A-status. Dat houdt in dat ik een stipendium ontvang om naar toernooien en trainingskampen te gaan. Daarnaast moet ik zelf nog veel inleggen om mijn volledige programma rond te krijgen. En juist dit jaar moeten het programma en de voorbereidingen voor de Olympische Spelen perfect zijn.”
“Voordat ik naar Rio ga, heb ik nog drie toernooien. In Duitsland, Spanje en Polen. Het is een zeer bewuste keuze om niet zoveel toernooien te draaien als andere jaren. Dat doe ik vooral om mijn focus te houden bij het trainen, wat ik twee keer per dag doe. De toernooien zijn bedoeld om toch wat wedstrijdritme op te doen. Verder heb ik nog drie of vier trainingskampen, waarschijnlijk in Japan of China.”
Uitwijken naar Zweden
De standplaats van Blaszka is Zweden, Klippan om precies te zijn, dat ligt in de buurt van Helsingborg. Daar bivakkeert zij al een aantal jaren. Reden? Na een aantal jaren in Duitsland getraind te hebben, was er in Nederland geen geschikte trainingspartner meer te vinden. Tot dertien jaar mag er samen met jongens geworsteld worden, daarna niet meer. Blaszka ambieerde alleen het beste en zocht het letterlijk hogerop: Zweden.
“Ik ben een hele grote stap vooruit gegaan sinds ik hier train. Technisch, maar ook mentaal. Wij zijn met een groep van ongeveer zeven meiden, met allemaal hetzelfde doel. Dat schept een band en dat maakt het ook allemaal wat gemakkelijker, want ik moest eerst wel wennen, ondanks dat het eten, de cultuur en ook de weersomstandigheden vergelijkbaar zijn met Nederland. Sinds ik in Zweden train ben ik ook heel erg gemotiveerd geraakt. Dat komt doordat je met zijn allen heel hard traint, de beste wilt zijn en in hetzelfde wereldje zit.”
Stoeien
Het worstelwereldje begon voor Blaszka op gymnastiek. “Ik heb tot mijn zevende jaar aan turnen gedaan. Mijn vader Michel gaf in de zaal ernaast worstelen. Mijn zus en nicht deden toen al mee met de trainingen en ik zag altijd dat ze grappige spelletjes deden, vooral dat stoeien vond ik wel leuk. Dus toen vroeg ik om te mogen meedoen, hoewel mijn vader er eigenlijk op tegen was. Hij vond worstelen niks voor meisjes, maar stemde er uiteindelijk toch mee in. Het stoeien is worstelen geworden.”
Bron: Lopend Vuur