Cheer!
LONDEN - Amper twee maanden nadat Theo Bos aankondigde dat hij weer baanwielrenner is, begint hij volgende week aan de WK in Londen. De vijfvoudig wereldkampioen heeft zich snel aangepast aan zijn oude discipline.
"Ik vond het wel meevallen hoe groot de omschakeling van de weg naar de baan was", aldus de 32-jarige Bos, die na de Spelen van 2008 juist overstapte van de baan naar de weg.
"Ik was natuurlijk een sprinter op de weg, dus ik deed al redelijk veel sprinttraining, en ik heb er altijd krachttraining bij gedaan. Bovendien heb ik de afgelopen jaren eigenlijk elke winter nog wel op de baan gereden. Mijn trainingen zijn nu alleen wel wat korter en explosiever, ik zit wat minder op het zadel op een dag."
Dat de geboren Hierdenaar een halfjaar voor de Spelen in Rio de Janeiro weer baansprinter is, is meer het gevolg van een reeks toevallige gebeurtenissen dan van een van tevoren volledig uitgedacht plan.
Dat begon eigenlijk met een zware valpartij vorig jaar mei in de Ronde van Californië. Bos, destijds bezig aan zijn eerste seizoen in dienst van de Zuid-Afrikaanse ploeg MTN-Qhubeka, scheurde enkele pezen in zijn rechterschouder en zijn sleutelbeen schoot uit de kom.
Plezier
"Je weet van tevoren nooit helemaal precies welke kant je loopbaan opgaat, maar de kans is groot dat ik zonder die valpartij niet nu weer op de baan had gereden", zegt de winnaar van 37 wegkoersen.
"Ik heb de afgelopen jaren nooit gedacht dat ik in 2008 niet had moeten stoppen met baanwielrennen, omdat ik plezier had in het wegwielrennen en daar een uitdaging in zag. Het ging ook elk jaar een stukje beter, tot vorig jaar. Toen dacht ik voor het eerst: dit is niet zo heel leuk meer."
Bos keerde drie maanden na zijn val in Californië weer terug in het peloton, maar de baan bleef trekken een klein jaar voor Rio. In september probeerde hij zich bij testmomenten in Portugal en Roubaix in het Nederlandse team voor de ploegachtervolging te rijden.
"Er was nog één plek vrij in de 'A-ploeg' en het was mijn doel om me bij dat team aan te sluiten, met ook de Spelen in mijn achterhoofd. De ploegachtervolging was ook makkelijker te combineren geweest met de weg. Maar ik was niet goed genoeg."
Een tweede plek op het NK teamsprint half november, met zijn oude maatjes Teun Mulder en Tim Veldt, stuurde Bos vervolgens terug naar zijn oude discipline. "Het NK ging best wel goed en ik dacht: waarom zou ik niet proberen om derde man te worden in de teamsprint?"
Faliekant
Met Nils van 't Hoenderdaal, Jeffrey Hoogland en Hugo Haak heeft Nederland echter al de Europees kampioenen op de teamsprint in huis. Dat trio krijgt op het WK samen met Matthijs Büchli de voorkeur boven Bos op het olympische onderdeel.
De Gelderlander zal in de Engelse hoofdstad wel uitkomen op de 1 kilometer tijdrit en de sprint, de onderdelen waarop hij eind december in Alkmaar verrassend de Nederlandse titel pakte en in zijn vorige wielerleven al eens wereldkampioen werd.
"Het is geen teleurstelling dat ik niet geselecteerd ben voor de teamsprint, ik ben juist superblij dat ik op de sprint en de kilometer tijdrit mag starten", stelt Bos.
"Het NK was voor mij al een soort WK. Als dat faliekant was mislukt, dan had mijn olympische droom daar al kunnen stoppen. En nu zal ik me ook op het WK weer moeten bewijzen."
Bondscoach René Wolff zal namelijk pas over enkele maanden bepalen wat op de Spelen de samenstelling voor de teamsprint zal zijn. "Ik heb het dus nog in eigen hand. Ik moet gewoon een heel goed WK rijden."