ANP 401215735

Ronald Hertog: "Nu is het mijn beurt om anderen te helpen"

09 december 2020
Reemt Borcherts

De cirkel is rond voor paralympisch multitalent Ronald Hertog. Zijn topsportloopbaan kwam dit jaar ten einde. Een avontuur dat de nu 31-jarige atleet onder meer een WK-titel en twee medailles op de Spelen opleverde. Hij keert terug naar de plek waar hij zijn eerste stappen als paralympiër zette.

Ze vonden zijn gezicht al zo bekend voorkomen bij De Hoogstraat, het revalidatiecentrum in Utrecht. "In februari heb ik daar stage gelopen. Volgend jaar mag ik er gaan werken als prothesemaker. Het klopte helemaal. Ik was daar eerder geweest. Zeventien jaar geleden om precies te zijn. Na het auto-ongeluk waarbij ik mijn rechteronderbeen kwijtraakte. Daar leerde ik om mijzelf opnieuw te redden. Ging ik weer sporten. Wat uiteindelijk leidde tot twaalf jaar topsport."

Lijfspreuk
Zijn handicap heeft hem nooit tegengehouden.
Having one leg can’t stop you from doing what you want. Die tekst is Ronalds lijfspreuk geworden. "Binnen en buiten de sport. Binnen de sport wilde ik het uiterste uit mijzelf halen. Records breken, medailles halen, verder komen dan ik ooit gekomen was. De eerste medaille die ik haalde voelde als een overwinning op mijn handicap. Dat ik aan iedereen liet zien: moet je eens zien wat ik nog kan. Maar die tekst betekent ook wat voor mijn dagelijks leven. Ik doe dingen, die ik met twee benen ook zou willen doen. Ben gaan motorrijden, downhillen op de mountainbike, skiën. Ook al heb ik maar één been, ik doe wat ik wil. Ik heb op mijn achttiende rijles genomen in een normale auto. Waarom zou ik mezelf beperkingen opleggen? Als het niet kan, kom ik er wel achter. Zo heb ik altijd in het leven gestaan."

ANP 108251117

"Ik hoop dat ik kan helpen om af te rekenen met het stigma dat nog steeds aan handicaps kleeft. Natuurlijk is het anders. Het duurde bij mij ook twee jaar voordat ik zonder na te denken op straat kon lopen met mijn prothese. Maar het is écht niet zo dat je niets meer kan. Dat downhillen is voor iedereen spannend hoor. Ook voor mensen met twee benen. Met een amputatie kan je nog steeds een rijk leven hebben dat veel voldoening geeft. Die voldoening haalde ik eerst uit het sporten. Maar na mijn stage begon ik mezelf vragen te stellen. Want ik vond het geweldig om daar te werken. Vond ik die sport nog wel zo leuk, dat alles ervoor opzij moest?"

Eigenlijk was zijn antwoord op die vraag eerst ‘ja’. "Tokio moest mijn laatste trucje worden. Daar werkte ik naar toe. Die paar maanden, die knal ik nog door, dacht ik. Dat is te overzien. En bovendien stond ik er goed voor. Ik was eind 2019 wereldkampioen sprint geworden. Had het idee dat ik ook in Japan ver kon komen. Voor het podium kon gaan. Motivatie had ik voldoende. Maar ja, toen kwam dat hele coronaverhaal. De Spelen werden verplaatst. Dat was heftig. Niet nog een paar maanden wachten, maar bijna anderhalf jaar. Niet alleen een jaar langer trainen, maar ook nog een jaar langer wachten op mijn maatschappelijke loopbaan. Terwijl ik dus merkte dat ik mij ook daarin wilde ontwikkelen."

Alles of niets
Een maand later was hij eruit. "Het was klaar. Ik moest heel eerlijk tegen mijzelf zijn. Ik dacht niet dat ik het kon opbrengen om nóg een jaar beroepsatleet te zijn. Mezelf te slopen tijdens de training. Het is bij mij alles of niets. Of focus op de sport óf niet. Een tussenweg bestond niet. Dan had ik me geen topsporter maar een toerist gevoeld. Daar wordt niemand blij van. Ik heb ook geen geheim gemaakt van mijn overwegingen of de gedachten aan stoppen. Het is toch logisch dat dit leven niet voor eeuwig is? Dat ik niet tot mijn 67ste dit als werk kan doen? Op een gegeven moment houdt het op. En dat is bij mij dit jaar. Ik zou het een tekortkoming van mijzelf vinden als ik daar niet over na kon denken. Ik heb er ook naar toegewerkt, om het zo te noemen. Ben bewust op mijn 28ste een bachelor-opleiding gaan doen zodat ik prothesemaker kon worden. Ik heb altijd nagedacht over later."

ANP 108251111
Ronald springt naar zilver op de WK 2017

Zijn twaalf jaar als topsporter heeft Ronald, die vlaggendrager was op de Spelen van Londen, veel meer opgeleverd dan al zijn bakken met medailles. "Sport heeft mij een platform gegeven om mezelf te ontwikkelen. Door sport kom je in situaties terecht, waardoor je je moet blijven ontwikkelen. Niet stil kan blijven staan, als je verder wil. Dan word je ingehaald door je concurrenten. Ook als mens wil ik me blijven ontwikkelen, blijven leren. Belangrijk zijn, op mijn manier. Sport heeft mij ook geleerd dat je successen samen behaalt. Kijk, ik ben slechts de man die de show opvoert. Maar op zo’n wedstrijddag zijn er misschien wel tien mensen bezig om mijn prestatie mogelijk te maken. De coach, de fysio, de arts, noem ze maar op. Die mensen zijn onmisbaar voor mij. Ik heb ik mijn eentje niet alle kennis of waarheid in huis. Samen kunnen we elkaar verder helpen. En samen winnen we wedstrijden. Al lijkt het voor de buitenwereld misschien alsof je het alleen doet."

Schouder kapot gegooid
Als atleet toonde Ronald zijn veelzijdigheid. Werd hij een wereldtopper in het speerwerpen, verspringen en op de sprint. "Voor mijn ongeluk kon ik in alle sporten al vrij makkelijk meekomen. Ik zat op korfbal, maar was ondertussen ook aan het voetballen, skiën, judoën, mountainbiken. Dat had ik daarna als atleet ook. Dat ik alles wel leuk vond. Behalve de lange afstanden. Als je me dat laat doen, kan je hard lachen. Daar ben ik niet voor gemaakt. Het speerwerpen leek mij het best te liggen. Maar twee weken voor de Spelen van Londen raakte mijn schouder uit de kom. Ik kon nog wel gooien en pakte nog brons, maar ik had veel pijn. Die pijn bleef, ook na de Spelen. Ik heb daar mijn schouder kapot gegooid. Daar heb ik nu spijt van. Maar toen, tsja. Toen wilde ik er gewoon staan. Pijn of geen pijn."

ANP 320292074
Als vlaggendrager op de openingsceremonie van de Paralympische Spelen in 2012

Maar Ronald had dus meerdere paarden om op te wedden. Daardoor stond hij een jaar na Londen op de WK als sprinter en verspringer. "Dat ging vrij lang goed. Ik pakte veel medailles, maar won nooit. Dat knaagde wel. Het verspringen stopte toen ik een paar keer achter elkaar mijn blade brak. De eerste keer dacht ik nog dat het slijtage was. Maar de koolstof waarvan die blade gemaakt is, kon de kracht van het afzetten niet aan. Wat zou jij doen als de remmen van je auto keer op keer zouden breken? Dan ga je toch niet meer met een fijn gevoel in die auto zitten? Zo was het voor mij ook. Ik verloor compleet het vertrouwen in mijn materiaal. Had echt buikpijn bij wedstrijden. Als het maar niet weer misgaat… Ik pakte nog zilver op de Spelen en de WK. Ik ging naar een ander bedrijf voor mijn blade, praatte met sportpsychologen. Het goede gevoel was weg. Maar stoppen, dat wilde ik niet. Nog niet. Ik wilde nog een keer echt winnen. Het Wilhelmus horen."

De bevestiging
Die wens ging vorig jaar in vervulling. Op de WK in Dubai was Ronald de snelste op de 200 meter. "Alles klopte. In de series liep ik al een dijk van een persoonlijk record. Bij de warming-up van de finale wist ik: ik heb geen idee wat de rest gaat doen, maar dit wordt de race van mijn leven. En gelukkig bleef ik de nummer twee net voor. Wereldkampioen. Het volkslied. Het was gelukt. Ik had de bevestiging dat ik de beste was. Die gouden medaille heb ik nu afgevinkt op mijn lijstje. Die maakt het compleet. Daardoor kan ik nu stoppen met een goed gevoel. Is het niet… onaf."


ANP 103197196
De speer die hem een bronzen plak bezorgde in 2012

Naast alle internationale successen is het NK atletiek van 2015 ook een onvergetelijke ervaring voor Ronald. "Het enige NK waarop ik het tegen valide sporten mocht opnemen. Als paralympiër won ik het verspringen. Voor mij weer een bewijs dat het stigma waarover ik het had, misplaatst is. Dat voelde heel bijzonder, om de beste te zijn van echt alle verspringers in het land. Helaas was het eenmalig, omdat parasporters hierna internationaal werden uitgesloten van deelname aan nationale kampioenschappen. Er werd beweerd dat we een oneerlijk voordeel zouden hebben ten opzichte van de valide sporters. Absurd, vind ik."

Geen toeval
Ronald mag dan gestopt zijn als sporter, zijn lijfspreuk blijft hij uitdragen in zijn volgende carrière. "Het is natuurlijk geen toeval dat ik prothesemaker word. De afgelopen twaalf jaar heeft het constant om mij gedraaid. Nu is het mijn beurt om anderen te helpen. En niet alleen bij topsporters hè. Ook een opa of oma, die graag met de kleinkinderen een stukje in het bos wil lopen. Of een tiener die hier net als ik is beland. Ik wil eraan bijdragen dat die mensen een zo rijk mogelijk leven hebben, waar ze voldoening uit kunnen halen."

Gerelateerde sporters

Gerelateerde teams

Gerelateerde artikelen